HNP seminar: Samenwerken over grenzen heen
“Europa laat economische groeikansen in de grensregio’s liggen”. Met deze stelling opende HNP bestuurder en Gouverneur Theo Bovens het seminar georganiseerd op 17 maart jl. door het Huis van de Nederlandse Provincies in het kader van het Nederlands voorzitterschap. Onder de titel ‘Samenwerken over grenzen heen’ spraken vertegenwoordigers van onder andere de Nederlandse rijksoverheid, het voorgaande Luxemburgse EU-voorzitterschap, de Europese Commissie en het Europees Parlement met lokale en provinciale bestuurders over grensoverschrijdende samenwerking. In een volle zaal werd gediscussieerd over noodzakelijke concrete oplossingen voor de grensproblematiek.
Barrières
De Limburgse Gouverneur Bovens benoemde een aantal bekende barrières op het gebied van grensoverschrijdende samenwerking:
- kennis van de taal van buurlanden neemt af;
- openbaar vervoer verbindingen blijven moeizaam;
- er zijn vaak nog veel administratieve belemmeringen;
- er is te weinig capaciteit om mensen grensoverschrijdend aan een baan te helpen.
Als antwoord op de vraag welke barrière als eerste aangepakt moet worden wijst Gouverneur Bovens op het mentale obstakel. “Zolang we blijven denken in grenzen, zal deze problematiek lastig op te lossen zijn.”
Bruggen bouwen of harmoniseren
De Gouverneur wil met zijn betoog vooral een signaal afgeven. Hij onderschrijft het groot aantal goede initiatieven dat momenteel actief is, maar stelt dat de tijd van pappen en nathouden voorbij moet zijn. Er moet een keuze gemaakt worden tussen het harmoniseren van systemen op EU niveau, of het bouwen van effectieve bruggen tussen die systemen. In de politieke realiteit gaat de voorkeur uit naar het bouwen van bruggen, deze moeten structureel en stevig zijn. “We moeten nu serieus structurele oplossingen gaan realiseren.” Gouverneur Bovens concludeert zijn betoog met de stelling dat de bruggen die in grensregio’s gebouwd worden, op termijn wel eens de redding voor de Europese Unie kunnen betekenen.
Nederlandse actieteam
Matthijs Huizing sprak in dit politiek atelier als voorzitter van het in oktober 2015 opgerichte actieteam voor grensoverschrijdende economie en arbeid. Dit team richt zich voornamelijk op het verbeteren van de informatievoorziening over grensoverschrijdend werken en ondernemen. Het zorgt voor een betere aansluiting van arbeidsmarkt en economie aan weerszijden van de grens en heeft een multilevel governance karakter. Het bestaat uit vertegenwoordigers van diverse ministeries, grensprovincies, de VNG, Euregio’s en het MKB. Nauwe samenwerking met Duitse en Belgische partijen aan de overkant van de grens is onmisbaar.
Concrete acties
Ook Huizing stelt dat de tijd voorbij moet zijn dat men elkaar de bal blijft toespelen. Het actieteam werkt aan het in beeld brengen van concrete acties. Hierbij zijn lokale ondernemers in grensregio’s de focus, het team houdt zich niet bezig met nationale exportbevordering.
City Deal Zuid-Limburg
Wethouder van de Gemeente Heerlen, Martin de Beer, gaf een toelichting over de recent ondertekende Citydeal Zuid-Limburg. Deze deal brengt een Eurolab voort, een concreet platform en werkplaats voor Nederlandse, Belgische en Duitse bedrijven, kennis- en maatschappelijke instellingen. De gebieden Zuid-Limburg, Aken en Luik worden vanuit de respectievelijke politieke hoofdsteden gezien als perifeer, vanuit EU oogpunt zijn deze agglomeraties juist centraal gelegen, aldus de Beer.
Eurolab
“De citydeal omvat een regio met enorme potentie aan kennis”, zo stelt De Beer. Er bevinden zich zo’n vijf universitaire campussen en tien hogescholen in de omgeving. Het Eurolab werkt met specifieke casuïstiek om kansen en uitdagingen in beeld te brengen en mogelijke oplossingen aan te leveren. Het Eurolab wil zowel bestaande problemen oplossen als nieuwe mogelijkheden voor groei creëren.
Grensoverschrijdende data
Om problematiek in grensregio’s goed in kaart te brengen zijn grensoverschrijdende data essentieel. Dit wordt benadrukt door Robert Hermans, directeur Statistieken arbeid, inkomen en leefsituatie bij het CBS. De grensoverschrijdende data geven inzicht in het economisch ontwikkelingspotentieel van grensregio’s in Europa.
Financiering
Er wordt inmiddels op grote schaal samengewerkt met instituten zoals ITEM en het Franse MOT. Deze initiatieven zullen ook gefinancierd moeten worden. “Het thema staat op vele politieke agenda’s, maar is de politieke en bestuurlijke interesse zo groot dat dit zich ook zal vertalen in toename van budget?”, vraagt Hermans zich openlijk af. Ondersteuning en toezegging van nationale overheden is hierin noodzakelijk.
Luxemburgs voorstel
Door middel van een videoboodschap lichtte de Luxemburgse staatssecretaris voor duurzaamheid en infrastructuur dhr. Camille Gira het voorstel toe dat zij tijdens hun voorzitterschap hebben gelanceerd. De nadruk ligt in dit voorstel op het wegwerken van de mismatch tussen regelgeving in grensregio’s.
Juridisch instrument
De Luxemburgers zien graag dat grensregio’s in staat worden gesteld één zelfde set van regelgeving en standaarden als het ware over de grens te trekken. Het idee is een Europees juridisch instrument te creëren om beter gebruik te maken van het ontwikkelingspotentieel van de regio en een bijdrage te leveren aan territoriale cohesie.
Consultatie Europese Commissie
Namens de Europese Commissie lichtte Agnès Monfret, hoofd van de unit grensoverschrijdende samenwerking binnen DG REGI, de onlangs uitgeschreven consultatie toe. Monfret omschrijft haar unit als mensen met grote dromen, tegelijkertijd zijn het ook realisten. De consultatie is uitgeschreven om na te gaan wat de ervaringen en opvattingen van burgers, belanghebbenden en deskundigen zijn, en vervolgens goed in kaart te brengen welke grensoverschrijdende obstakels er nog over zijn.
222 obstakels
De feitelijk studie loopt nog, maar er zijn reeds 222 op feiten gebaseerde obstakels geïdentificeerd. De meeste hiervan hebben te maken met arbeidsmobiliteit, gevolgd door sociale voorzieningen en transport. Om deze obstakels aan te pakken volstaan eenheidsoplossingen niet, zo stelt Agnès Monfret.
Versimpeling
Jeroen Lenaers, Europarlementariër voor het CDA, stelt dat in veel gevallen de wetgeving wel aanwezig is maar té complex is. Dit is met name van toepassing op gevallen van arbeidsmobiliteit, het moet vooral makkelijker worden om in één lidstaat te wonen en in een andere lidstaat te werken. Lenaers noemt hier het EU pension tracking systeem als een goed voorbeeld.
Vlaams-Nederlandse top
Ben de Reu, gedeputeerde Zeeland en HNP-bestuurder, sloot het politiek atelier af. Hij sprak de hoop uit dat er meer initiatieven komen om grensarbeiders met maatwerk in bemiddeling aan het werk te krijgen. Ook noemde hij de Vlaams-Nederlandse top die op 7 november 2016 zal plaatsvinden in Gent als een goede gelegenheid om verder te werken aan de aanpak van grensproblematiek.
Door:
Ilse Buijs, Huis van de Nederlandse Provincies
Meer informatie:
Document, City Deal Zuid-Limburg