Uitgezonderde diensten
De toepassing van de Dienstenrichtlijn kent een aantal uitgezonderde diensten. Deze worden hieronder beschreven. Dus wanneer het deze diensten betreft hoeven decentrale overheden geen rekening te houden met de Dienstenrichtlijn.
1. Uitgezonderde diensten
Op de volgende diensten is de Dienstenrichtlijn niet van toepassing:
- niet-economische diensten van algemeen belang;
- financiële diensten (zoals bankdiensten, kredietverstrekking, verzekering en herverzekering, individuele en bedrijfspensioenen, effecten, beleggingsfondsen, betalingen en beleggingsadviezen);
- elektronische communicatiediensten- en netwerken;
- diensten op het gebied vervoer (inclusief havendiensten vallend onder werksfeer van titel VI VWEU);
- diensten van uitzendbedrijven;
- diensten van de gezondheidszorg (al dan niet verleend door gezondheidszorgfaciliteiten. Ongeacht de wijze waarop zij op nationaal niveau zijn georganiseerd en worden gefinancierd. Ongeacht de vraag of de diensten openbaar of particulier van aard zijn);
- audiovisuele diensten (inclusief cinematografische diensten. Ongeacht de wijze van productie, distributie en doorgifte, en radio-omroep);
- gokactiviteiten (waarbij er een financiële waarde wordt ingezet bij kansspelen, inclusief loterijen, gokken in casino’s en weddenschappen);
- activiteiten in het kader van de uitoefening van het openbaar gezag (zoals bedoeld in art. 51 VWEU);
- sociale diensten (sociale huisvesting, kinderzorg en ondersteuning van gezinnen of personen in permanente of tijdelijke nood, die worden verleend door de staat, door dienstverrichters die hiervoor een opdracht hebben of een mandaat gekregen van de staat, of door liefdadigheidsinstellingen die als zodanig door de staat zijn erkend);
- particuliere beveiligingsdiensten;
- diensten van notarissen en deurwaarders (die bij een officieel overheidsbesluit zijn benoemd).
Deze uitzonderingen zijn opgenomen in art. 2 lid 2 Dienstenrichtlijn en worden toegelicht in overwegingen 17 t/m 28 van de considerans.
2. Uitgezonderde regelgeving met algemene strekking
De Dienstenrichtlijn is alleen van toepassing op eisen met betrekking tot de toegang tot of de uitoefening van een dienstenactiviteit. De richtlijn is daarom niet van toepassing op voorschriften die de dienstenactiviteit niet specifiek regelen of daarop specifiek van invloed zijn. Regelgeving met een zeer algemene strekking, vaak van een ordenend karakter, die slechts op zeer indirecte wijze de verrichting van een dienst zal kunnen raken valt niet onder de Dienstenrichtlijn (overweging 9).
Voorbeelden
Voorbeelden van uitzonderingen die onder overweging 9 vallen zijn:
- verkeersregels;
- regels over de ontwikkeling of het gebruik van land;
- voorschriften voor ruimtelijke ordening (behalve als zij wel de toegang tot of de uitoefening van een dienst belemmeren);
- bouwvoorschriften.
3. Uitgezonderde rechtsgebieden
De Dienstenrichtlijn is niet van toepassing op de volgende rechtsgebieden:
- belastingen, art. 2 lid 3
; - steunmaatregelen, art 1 lid 3
; - aanbesteden, overweging 57 (meer informatie in deze praktijkvraag)
; - vrij verkeer van goederen, art. 34.
;
Vrij verkeer van goederen, hoe te handelen?
Uit de jurisprudentie van het Hof van Justitie EU volgt dat, om te bepalen onder welke vrijheid voorschriften beoordeeld dienen te worden, gebruik moet worden gemaakt van het principe ‘zwaartepunt’. Deze heeft het Hof in rechtspraak ontwikkeld. Bij deze beoordeling wordt gekeken naar het zwaartepunt van de economische activiteit. Omvat een activiteit, zoals de verkoop van goederen, een aantal aspecten van een dienst, dan moet gekeken te worden of deze dienst ‘al dan niet een aspect is dat volledig ondergeschikt is aan de elementen van de activiteit die verband houden met het vrije verkeer van goederen.’
Als het zwaartepunt van de activiteit ligt bij de elementen die verband houden met het vrije verkeer van goederen, dan zal de beoordeling van de relevante voorschriften enkel geschieden aan de hand van de beginselen van het vrije verkeer van goederen en niet ook aan de beginselen van het vrije verkeer van diensten. Dat de Dienstenrichtlijn geen betrekking heeft op het vrij verkeer van goederen valt te lezen in overweging 76 Dienstenrichtlijn.
Straf-, arbeids- en privaatrecht
De richtlijn laat het straf- en arbeidsrecht onverlet en doet geen afbreuk aan de grondrechten, aldus art. 1. Ook regels van het internationaal privaatrecht worden ongemoeid gelaten.
4. BIBOB uitgezonderd
De Wet Bevordering Integriteit Beoordelingen Openbaar Bestuur (BIBOB) en de BIBOB-beleidsregels vallen buiten de reikwijdte van de Dienstenrichtlijn. Het factsheet BIBOB-beleid en de Dienstenrichtlijn gaat verder in op de relatie BIBOB en de Dienstenrichtlijn.
Meer weten over dit onderwerp?
Werkt u voor een decentrale overheid of het Rijk en hebt u een vraag over dit onderwerp? Neem dan contact op met de helpdesk van Europa decentraal:
STEL UW VRAAG