Europees recht en beleid

Laatste update: 19 november 2024

Contact:


Bij het gebruik van grondstoffen of radioactieve stoffen kan radioactief afval ontstaan. Radioactief afval ontstaat niet alleen bij de opwekking van energie maar ook tijdens activiteiten op het gebied van industrie, landbouw, geneeskunde of onderzoek. Omdat radioactief afval gevaren meebrengt voor de gezondheid van mens en milieu is verantwoord en veilig beheer van radioactief afval vereist. Het beheer van radioactief afval op de lange termijn is echter een complex onderwerp omdat het ook toekomstige generaties betreft. 

De EU voert vanwege de complexiteit een uitgebreid beleid op het gebied van zowel kernenergie als kernafval. Voor provincies en gemeenten is de opslag van radioactief afval in de bodem en de bijkomende veiligheidsaspecten een belangrijk onderwerp op de lange termijn.

Europees beleid

De Richtlijn Radioactief afval (Richtlijn voor een verantwoord en veilig beheer van verbruikte splijtstof en radioactief afval; 2011/70/Euratom) stelt een Europees kader vast voor het beheer van verbruikte splijtstof en radioactief afval. De richtlijn stelt vast dat lidstaten een nationaal wettelijk, regelgevend en organisatorisch kader moeten vaststellen voor het beheer van kernafval. De invulling hiervan wordt aan de lidstaten overgelaten. De richtlijn bevat de volgende uitgangspunten:

  • Elke lidstaat heeft de ethische plicht ervoor te zorgen dat toekomstige generaties geen onnodige last ondervinden van het radioactieve afval en de verbruikte splijtstof;
  • Diepe geologische berging is op dit moment de veiligste en meest duurzame optie als eindpunt in het management van hoog radioactief afval en afgewerkte splijtstofstaven;
  • Lidstaten dragen de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor hun beheer van verbruikte splijtstof en het daardoor geproduceerde radioactief afval;
  • Radioactief afval zal worden geborgen in de lidstaat waar het is gegenereerd, tenzij er overeenstemming is tussen lidstaten om gebruik te maken van elkaars bergingsfaciliteit(en);
  • Ondernemingen die kernafval behandelen moeten daarvoor een vergunning aanvragen;
  • Lidstaten moeten ervoor zorgen dat het publiek, overeenkomstig de nationale wetgeving en internationale verplichtingen, de gelegenheid krijgen om daadwerkelijk deel te nemen aan het besluitvormingsproces inzake beheer van kernafval.

Een belangrijk onderdeel is de verplichting een nationaal programma voor het beheer van radioactief afval op te stellen. Hierin dient zowel het huidige en toekomstige beheer van radioactief afval te worden beschreven. Daarnaast moet het beheerprogramma aan o.a. de volgende voorwaarden voldoen: 

  • Doelen van het nationaal beleid;
  • Tussendoelen met een duidelijk tijdsbestek;
  • Registratie van het huidige en verwachte radioactief afval;
  • Plannen voor het beheer van radioactief afval en de periode na de sluiting van een bergingsfaciliteit;
  • De toewijzing van verantwoordelijkheden voor de uitvoering van het nationale programma;
  • Een transparant informatiebeleid.

De nationale kaders moeten elke tien jaar worden herzien. Naast het nationale programma radioactief afval dienen lidstaten elke drie jaar te rapporteren over de voortgang van de uitvoering van de richtlijn.

Nationaal beleid

De Kernergiewet vormt de basis van de Nederlandse regelgeving op het gebied van kernenergie. 

De Richtlijn Radioactief afval is geïmplementeerd in het Besluit vervoer splijtstoffen, ertsen en radioactieve stoffen (Bvser), het Besluit kerninstallaties, splijtstoffen en ertsen en het Besluit basisveiligheidsnormen stralingsbescherming

Stand van zaken

Het Nederlandse beleid voor radioactief afval is in 2016 beschreven in het nationale programma voor het beheer van radioactief afval en verbruikte splijtstoffen. Het plan moet uiterlijk 2025 geactualiseerd worden. 

De Centrale Organisatie Voor Radioactief Afval (COVRA) heeft in Nederland de wettelijke taak al het radioactieve afval te verzamelen, te verwerken en op te slaan. Dit gebeurt in een tijdelijke bovengrondse opslag in speciale gebouwen bij COVRA. Rond 2130 is er een geologische eindberging voorzien. 

Decentrale relevantie

Op dit moment vindt er geen geologische berging in Nederland plaats. Ook is er geen locatie aangewezen voor geologische berging op de lange termijn. Zolang er geen locatie voor geologische berging is gemaakt, ligt de betrokkenheid op het niveau van de koepelorganisaties. 

Lokale en provinciale overheden zijn op de lange termijn betrokken bij het beheer van radioactief afval vanuit hun rol op het gebied van ruimtelijke ordening, milieu en klimaat. Wanneer het bergen van radioactief afval concreter wordt zal het voor plan een milieueffectrapportage (m.e.r.) moeten worden opgesteld.