Europees recht en beleid

Laatste update: 21 november 2024

Contact:


De EU wil duurzaam gebruik van water op lange termijn waarborgen. Water speelt ook een belangrijke rol in klimaatadaptatie.

Decentrale overheden hebben diverse taken op het gebied van waterbeheer. Zo moeten ze de kwaliteit van water bewaken en burgers beschermen tegen overstromingsrisico’s.

Europees waterbeleid

Twee kaderrichtlijnen vormen een belangrijk deel van de EU-wetgeving op het gebied van water: de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de Kaderrichtlijn Mariene Strategie. Deze juridische kaders zijn aangevuld met meerdere specifieke richtlijnen, bijvoorbeeld op het gebied van overstromingsrisico’s, grondwater, drinkwater, zwemwater en afvalwater.

Waterbeheer in de Green Deal

In het kader van de Green Deal zijn verschillende Europese strategieën gepubliceerd die betrekking hebben op het terugbrengen van de watervervuiling, bijvoorbeeld de EU-strategie duurzaam gebruik van chemische stoffen, het actieplan om lucht-, water- en bodemvervuiling tot nul terug te brengen en de Farm to Fork strategie. Zo moet de wetgeving gemoderniseerd worden om chemische verontreiniging en vervuiling door microplastics terug te dringen.

Kaderrichtlijn Water

De Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG) is erop gericht de kwaliteit van watersystemen te verbeteren, zoals grondwater en oppervlaktewater. Het moet de vervuiling van waterlichamen verminderen en voorkomen, duurzaam watergebruik bevorderen en de effecten van overstromingen en droogte beperken.

De KRW stelt concrete doelen voor oppervlakte- en grondwaterlichamen en voor specifiek beschermde gebieden zoals Natura 2000-gebieden.

  • Voor oppervlaktewater stelt de KRW eisen aan de chemische en ecologische kwaliteit. Hierbij mag onder voorwaarden rekening gehouden worden met de functies van het water. Daarbij geldt het principe ‘one out, all out’: zolang één van die indicatoren niet goed genoeg is, voldoet de waterkwaliteit in het algemeen niet. De ecologische doelen kunnen per waterlichaam verschillen en zijn dus niet overal in Nederland en de EU hetzelfde.
  • Voor grondwater gelden eisen aan de kwantiteit en de chemische kwaliteit van het water. De uitwerking van de eisen die daarop van toepassing zijn, is te vinden in de bijlage van de KRW maar ook in overige Richtlijnen, zoals de Grondwaterrichtlijn en de Richtlijn Prioritaire stoffen.
  • Voor beschermde gebieden zoals drinkwateronttrekkingsgebieden, zwemwater, nutriëntengevoelige gebieden en Natura 2000-gebieden stelt de KRW aanvullende eisen. De Richtlijn verwijst hierbij naar andere specifieke regelgeving, zoals de Vogel- en Habitatrichtlijn, de Nitraatrichtlijn en de Richtlijn behandeling stedelijk afvalwater. Wanneer meerdere richtlijnen betrekking hebben op hetzelfde gebied dan moet rekening geworden met de meest kritisch gestelde doelstellingen en de strengst gestelde eisen.

Uiterlijk in 2027 moeten de door de KRW aangewezen wateren voldoen aan de vastgestelde doelen. Lidstaten maken elke zes jaar voor elk stroomgebiedsdistrict een stroomgebiedbeheerplan (SGBP) met doelstellingen voor het grond- en oppervlaktewater en de maatregelen die ze nemen om die doelen te bereiken. Dit is van belang voor decentrale overheden omdat zij betrokken zijn bij het vaststellen van doelstellingen voor grond- en oppervlaktewater, stroomgebiedbeheersplannen en maatregelingspakketten en bij de uitvoering hiervan. De KRW-doelstellingen moeten in regionale waterprogramma’s worden opgenomen.

Stand van zaken KRW-doelen

De verwachting is dat Nederland in 2027 niet zal voldoen aan de KRW-doelen. Er wordt al gesproken van een crisis, die groter zal zijn dan de stikstofcrisis. De stand van zaken de mogelijke consequenties worden uitgebreid beschreven in onderstaande praktijkvraag.

Voor de implementatie van de KRW zijn er verschillende ‘guidance documents’ opgesteld door de Europese Commissie. Ook Stowa (het kenniscentrum van de regionale waterbeheerders) heeft een handleiding uitgebracht voor het bereiken van de KRW-doelen.

Kaderrichtlijn mariene strategie

De Kaderrichtlijn mariene strategie (KRM; 2008/56/EC) is de basis voor de bescherming en het beheer van zeeën en oceanen in de EU. De Richtlijn heeft als doel om de goede toestand van het mariene milieu in de EU te beschermen of te herstellen, door het verminderen en voorkomen van vervuiling en het handhaven van de biodiversiteit.

Elke lidstaat moet voor de eigen mariene wateren een strategie opstellen en uitvoeren, in samenwerking met andere lidstaten die zich in dezelfde mariene regio bevinden. Deze strategieën worden elke zes jaar geëvalueerd. Onder de KMS kunnen beschermde gebieden aangewezen worden, de zogenaamde KRM-gebieden. Zo mag in Nederland in de Centrale Oestergronden, ten noordwesten van de Waddeneilanden, geen bodemberoerende visserij plaatsvinden.

De KRM wordt aangevuld door de Richtlijn Maritieme ruimtelijke planning voor de duurzame ontwikkeling en groei van maritieme gebieden van Europa (Richtlijn 2014/89). Deze Richtlijn coördineert EU-breed de nationale, regionale of lokale planning in gemeenschappelijke water volgens bepaalde minimumeisen. Dit moet conflicten tussen gebruiksvormen voorkomen.

Aanpak watervervuiling en verontreiniging

De Europese regels op het gebied van vervuilende stoffen zijn hoofdzakelijk vastgelegd in de REACH-verordening, de Kaderrichtlijn Water, de POP-verordening, de Richtlijn Industriële Emissies (RIE-Richtlijn) en de Richtlijn voor het duurzaam gebruik van pesticiden. Zo moet de RIE-richtlijn waterverontreiniging door emissies beperken door het toepassen van de best beschikbare technieken. Meer informatie over deze Richtlijnen vindt u op onze pagina chemische en zeer zorgwekkende stoffen, pesticiden en industriële emissies.

Verder is water ook opgenomen in de MER-richtlijn over milieueffectrapportages. Zo moeten milieueffectenboordelingsrapporten een prognose bevatten van de soort en hoeveelheid waterverontreiniging en overige effecten op het water.

Afvalbeleid speelt ook een rol in het aanpakken van watervervuiling: de Richtlijn Verpakking en verpakkingsafval (Richtlijn 94/62/EG) en de Single Use Plastics Richtlijn (2019/904) moeten bijvoorbeeld zwerfafval in het water voorkomen en verminderen. Meer informatie vindt u op onze pagina’s over afval.

Richtlijn Overstromingsrisico’s

De Richtlijn Overstromingsrisico’s (ROR) (2007/60/EG) heeft als doel de negatieve gevolgen van overstromingen voor de gezondheid van de mens, het milieu, het cultureel erfgoed en de economische bedrijvigheid te beperken. De ROR biedt de lidstaten een kader van doelen en maatregelen om het overstromingsrisico in de Europese Unie te verminderen. De lidstaten zijn verplicht om elke zes jaar kaarten en plannen op te stellen over de risico’s van overstromingen. Op basis daarvan moeten passende maatregelen worden getroffen en burgers worden geïnformeerd. 

De ROR schrijft lidstaten voor de volgende beoordelingen, kaarten en plannen op te stellen:

  • Voorlopige overstromingsrisicobeoordelingen: brengen in kaart in welke stroomgebiedsdistricten een potentieel significant overstromingsrisico bestaat of kan worden verwacht
  • Overstromingsgevaarkaarten en -risicokaarten: Allen voor potentieel significante overstromingsrisicogebieden. De gevaarkaarten geven inzicht in mogelijk scenario’s voor overstromingen, de risicokaarten geven een beeld van de potentiële negatieve gevolgen
  • Overstromingsrisicobeheerplannen. Hierin zijn onder andere maatregelen opgenomen gericht op preventie, bescherming en crisisbeheersing.

De ROR is een belangrijk juridisch instrument om grensoverschrijdende samenwerking verder te bevorderen: de stroomgebiedsdistricten overstijgen vaak landsgrenzen, maatregelen in het ene land kunnen gevolgen hebben voor andere landen in het stroomgebied. Daarom moeten overstromingsrisicobeheerplannen zoveel mogelijk worden internationaal gecoördineerd worden.

Op risicokaart.nl worden de Nederlandse overstromingsgevaarkaarten en de -risicokaarten beschikbaar gesteld.  

Financiering

De EU biedt financieringsmogelijkheden om lidstaten te helpen bij het aanpakken van waterbeheerproblemen en risicopreventie. Meer informatie over Europese fondsen en subsidies vindt u in de EU-fondsenwijzer. Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) bevordert daarnaast duurzaam waterbeheer via plattelandsontwikkeling en randvoorwaarden. Meer informatie over het GLB en de daarbij horende subsidies vindt u op onze pagina GLB.

Nationaal waterbeleid

De Omgevingswet bevat de belangrijkste Nederlandse wetgeving over water. De implementatie van de Kaderrichtlijn Water en de Kaderrichtlijn Mariene Strategie is daarin ook geregeld.

De Rijksoverheid heeft een coördinerende rol en biedt de kaders voor het waterbeheer. De hoofdlijnen van het nationale waterbeleid en de uitvoering ervan in de rijkswateren zijn vastgelegd in het Nationaal Water Programma 2022-2027.

Decentrale relevantie waterbeleid

Het Europees waterbeleid leidt dus tot verplichtingen voor decentrale overheden. Niet alleen zijn decentrale overheden betrokken bij het vaststellen van doelstellingen voor grond- en oppervlaktewater, stroomgebiedbeheersplannen en maatregelingspakketten maar ook bij de uitvoering hiervan.

De KRW-doelstellingen zijn opgenomen in regionale waterprogramma’s de eisen uit de KRW voor grond- en oppervlaktewater moeten door decentrale overheden worden behaald. Voor verdere informatie, zie de praktijkvraag over de KRW.

Daarnaast moeten decentrale overheden bij het uitvoeren van het beleid en het verstrekken van vergunningen rekening houden worden met andere Europese wetgeving die gevolgen heeft voor water, zoals de Vogel- en Habitatrichtlijn, de Nitraatrichtlijn en de Richtlijn Prioritaire Stoffen. Meer informatie daarover vindt u op de pagina’s Natura 2000, meststoffen en zeer zorgwekkende stoffen.