Als één of meerdere bedrijven een overgroot deel van een bepaalde markt in handen hebben, kan dit een negatieve invloed hebben op de mededinging. Fusies, overnames van ondernemingen en de oprichting van joint ventures die boven bepaalde omzetgrenzen uitkomen, moeten daarom worden gemeld bij de Europese Commissie of bij de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Dit wordt de concentratiecontrole genoemd en is omschreven in de Concentratieverordening en de Mededingingswet. Decentrale overheden die via een overheidsbedrijf op de markt optreden, kunnen hiermee te maken krijgen. Meer informatie hierover vindt u op deze pagina en in een van onze praktijkvragen.
Decentrale overheden op de markt
Het Europese mededingingsrecht en de Mededingingswet zijn van toepassing op het gedrag van ondernemingen. Decentrale overheden die via overheidsbedrijven op de markt optreden kunnen hiermee te maken krijgen, wanneer het overheidsbedrijf een ander bedrijf overneemt of als het overheidsbedrijf fuseert.
Zo heeft de ACM eerder een concentratie onderzocht en goedgekeurd bij een joint venture tussen een onderneming en een ontwikkelingsbedrijf van de gemeente Amsterdam. De onderneming Reggefiber vormde samen met het ontwikkelingsbedrijf een nieuwe vennootschap. De ACM keurt de concentratie goed, omdat zowel Reggefiber als het ontwikkelingsbedrijf beslissende invloed hadden op het vennootschap. In de zaak Obragas keurde de ACM de overname van de energienetwerken van Obragas door de gemeente Eindhoven goed. De reden was dat er geen sprake was van een concentratie die de markt verstoorde.
Concentratie
In de volgende gevallen is er sprake van een concentratie (art. 3 lid 1 Concentratieverordening en art. 27 Mededingingswet):
- bij de fusie van twee of meer voorheen onafhankelijke ondernemingen of delen van ondernemingen;
- het rechtstreeks of middellijk verkrijgen van zeggenschap over één of meer ondernemingen, door één of meer personen die al zeggenschap over ten minste één onderneming bezitten of door één of meer ondernemingen.
Melding ACM
Zowel de Europese Commissie als de ACM zien toe op de naleving van de mededingingsregels. Of een concentratie bij de ACM of de Europese Commissie moet worden gemeld is afhankelijk van omzetdrempels. Concentraties moeten bij de ACM worden aangemeld als:
- De gezamenlijke omzet van de betrokken ondernemingen in het voorafgaande kalenderjaar meer bedroeg dan € 150.000.000,-;
- Van dit bedrag moeten ten minste twee van de betrokken ondernemingen ieder ten minste € 30.000.000,- in Nederland hebben omgezet.
Melding Europese Commissie
Concentraties moeten bij de Commissie worden aangemeld als zij een communautaire dimensie hebben. Dit houdt in dat:
- De totale omzet die over de hele wereld door alle betrokken ondernemingen is behaald, meer is dan € 5 miljard;
- Ten minste twee van de betrokken ondernemingen elk afzonderlijk een omzet van € 250 miljoen heeft behaald, tenzij elk van de betrokken ondernemingen meer dan twee derde van haar omzet binnen de Gemeenschap in een en dezelfde lidstaat behaalt.
Wanneer een concentratie niet (tijdig) wordt gemeld, kan er een boete worden opgelegd van 10% van de omzet. Er bestaat namelijk een standstill verplichting voor concentraties die onder de meldplicht vallen. Deze verplichting houdt in dat voordat goedkeuring van de ACM of de Europese Commissie is verkregen, de fusie, overname of oprichting van de joint venture nog niet plaats kan vinden.
Communautaire dimensie
Als de concentratie niet aan deze twee vereisten voldoet, kan deze alsnog een communautaire dimensie hebben als:
- De totale omzet die over de gehele wereld door alle betrokken ondernemingen is behaald, meer is dan € 2.5 miljard;
- De totale omzet van de betrokken ondernemingen die in elk van ten minste drie lidstaten is behaald, bedraagt meer dan € 100 miljoen;
- In elk van de genoemde drie lidstaten hebben ten minste twee van de betrokken ondernemingen elk afzonderlijk een totale omzet van meer dan € 25 miljoen behaald;
- Ten minste twee van de betrokken ondernemingen hebben elk afzonderlijk een totale omzet behaald van meer dan € 100 miljoen, tenzij elk van de betrokken ondernemingen meer dan twee derde van haar omzet binnen de Gemeenschap in een en dezelfde lidstaat heeft behaald.