Europees recht en beleid

Laatste update: 18 juli 2023

Contact:


Nederland beschikt over een groot grensgebied: zeven van de twaalf provincies grenzen direct aan het buitenland. Over zee komen daar nog vier provincies bij. Al meer dan vijftig jaar wordt er met de aangrenzende landen (Duitsland, België, het VK, Noorwegen, Zweden en Denemarken) en in verschillende samenwerkingsconstructies samengewerkt om grensoverschrijdende belemmeringen weg te nemen. Voorbeelden van kwesties waar deze belemmeringen zich voordoen zijn de grensoverschrijdende arbeidsmarkt, verschillen in sociale zekerheidsstelsels, beperkte mobiliteit en administratieve barrières bij wonen en zorgverlening in grensregio’s. Grensoverschrijdende samenwerking (GROS) wordt onder andere mogelijk gemaakt door het gebruik van bepaalde (Europese) fondsen.

Op deze pagina’s vindt u meer informatie over grensoverschrijdende samenwerking en de voor decentrale overheden relevante wetgeving, Europees beleid en financiering en het nationale kader.

Grensoverschrijdende arbeidsmarkt

Wat zijn de huidige belemmeringen op het gebied van grensoverschrijdende arbeid? Hoe kunt u als gemeente grensoverschrijdende arbeid stimuleren?

Knelpunten rondom de grensoverschrijdende arbeidsmarkt liggen vooral in de nog bestaande verschillen tussen de grensregio’s. Verschillen in cultuur, taal, diploma-erkenning, het sociaal zekerheidsstelsel en de fiscale systemen zorgen ervoor dat de grensoverschrijdende arbeidsmarkt nog niet optimaal kan worden benut. Daarnaast zijn mensen niet voldoende op de hoogte van de kansen en mogelijkheden die deze arbeidsmarkt te bieden heeft. Lees hier de praktijkvraag over mogelijkheden om als gemeente grensoverschrijdende arbeid te stimuleren.

Sociale (on)zekerheid

Welke kwesties doen zich voor op het gebied van grensoverschrijdende sociale zekerheid? Hoe is sociale zekerheid geregeld in regio’s waar veel grensarbeiders werkzaam zijn?

Momenteel zijn er nog veel verschillen in het sociaal zekerheidsrecht tussen de grenslanden. Bij het sociaal zekerheidsrecht moet u denken aan bijvoorbeeld volksverzekeringen, sociale voorzieningen en de werknemersverzekeringen. Deze rechten verschillen niet alleen per land, maar ook vaak per persoon. Informatie over deze verschillen is vaak moeilijk te vinden. Factoren die invloed hebben op de sociale zekerheidsrechten kunnen in de loop der tijd ook veranderen. Denk bijvoorbeeld aan leeftijd, burgerlijke staat, gezinsuitbreiding, vermogen, et cetera. Er wordt daarom gewerkt aan grensinformatiepunten, maar ook aan een dekkend netwerk voor persoonlijke informatievoorziening.

De Europese Unie heeft géén zeggenschap over de wijze waarop de lidstaten hun socialezekerheidsstelsel inrichten. EU-landen zijn echter wel verbonden aan afspraken omtrent grensoverschrijdende socialezekerheidswetten via verordeningen (zoals de Europese Verordening betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (883/2004/EG)) en de landen waarmee zij een socialezekerheidsverdrag hebben afgesloten). U vindt hier een voorbeeld van een dergelijk sociale zekerheidsverdrag (Nederland-Duitsland) en een eerdere praktijkvraag over hoe sociale zekerheid is geregeld in regio’s waar veel grensarbeiders werkzaam zijn.

Belemmeringen bij zorgverlening

Wat zijn de huidige ontwikkelingen en belemmeringen voor grensoverschrijdende zorgverlening?

Met betrekking tot de zorg ligt de problematiek vooral in de onduidelijkheden omtrent aansprakelijkheid en financiën. In beginsel stond er niet vast wie aansprakelijk is voor het ingezette personeel, wie de kosten dekt voor dit personeel en wat de bevoegdheden zijn wanneer het ingezette personeel over de grens actief is. Het verbeteren van de afstemming tussen de instanties blijft daarom noodzakelijk.

Via verschillende samenwerkingsverbanden en instanties wordt gewerkt aan verbetering van spoedeisende hulp. Daarnaast is er in Nederland een Contactpunt voor grensoverschrijdende zorg (NCP/CAK) opgezet. Uit de Special Eurobarometer 425 blijkt dat er weinig gebruik wordt gemaakt van de zorgmogelijkheden over de grens. Uit het onderzoek blijkt dat een van de redenen hiervoor is dat mensen te weinig toegang hebben tot informatie omtrent het recht op zorg in het buitenland. Voor EU-burgers staat dit recht onder andere vastgelegd in de Richtlijn betreffende de toepassing van de rechten van patiënten bij grensoverschrijdende gezondheidszorg (ook wel: de Patiëntenrichtlijn). U kunt meer lezen over de ontwikkelingen op het gebied van grensoverschrijdende zorg in deze praktijkvraag.

Onderwijs en diploma-erkenning

Hoe worden belemmeringen binnen grensoverschrijdend onderwijs tegengegaan?

In de Europa-2020-strategie van de Commissie staan een aantal doelen ter verbetering van de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van onderwijs. Onder andere diploma-erkenning speelt een grote rol binnen dit thema. In veel gevallen is het nu nog zo dat de werkgever over de grens beslist of het diploma van de werkzoekende goed genoeg is. Daarnaast zijn er beroepen waarvan het diploma officieel moet worden erkend.

Binnen de grensregio’s wordt gewerkt aan het vergroten van kennis over de buurtaal en cultuur bij schoolbesturen, ouders en leerlingen. Het toevoegen van deze kennis aan het schoolbeleid van de scholen binnen de grensregio’s moet de grenzen tussen de buurlanden vervagen. Op deze manier moet worden voorkomen dat mensen wegens gebrek aan kennis vertrekken en buiten de grensregio’s gaan studeren en werken.

Mobiliteit

Wat voor barrières bestaan er op het gebied van grensoverschrijdende mobiliteit?

Bij voorgenoemde thema’s is mobiliteit een terugkerend aspect. Een beperkte mobiliteit zorgt er namelijk voor dat zowel wonen, werken, studeren, zorg als ondernemen aanzienlijk belemmerd worden. Het probleem ligt voornamelijk bij de minder en onregelmatige beschikbaarheid van het openbaar vervoer en hulpdiensten. Daarnaast is ook het wegennetwerk (met name de verbindingswegen) kleinschaliger aangelegd.

Door middel van een Europees structureel grensoverschrijdend mobiliteitsoverleg, zoals het Gemeentelijk Netwerk voor Mobiliteit en Infrastructuur (GNMI), kunnen oplossingen die reeds in werking zijn getreden in andere grensregio’s mogelijk ook een oplossing bieden voor andere grensregio’s. Plannen om directe treinverbindingen tussen Zuid-Nederlandse, Belgische en Duitse regio’s (zoals Eindhoven en Düsseldorf) te faciliteren onder de noemer van ‘Eurekarail’ is hier een voorbeeld van.