De Europese Commissie heeft een nieuw staatssteunkader vastgelegd dat bijdraagt aan de realisatie van de Clean Industrial Deal. Lidstaten kunnen gemakkelijker steun verlenen om een schone industrie te stimuleren. Het nieuwe staatssteunkader dat op 25 juni 2025 is ingegaan, blijft van kracht tot en met 31 december 2030.
Achtergrond
Staatssteun is het direct of indirect verstrekken van financiële steun aan ondernemingen door overheden. In principe is staatssteun verboden, omdat dit de mededinging op de Europese markt kan verstoren. Toch zijn er juridisch gezien een paar mogelijkheden waardoor het verstrekken van steun alsnog mogelijk is. Wanneer een (decentrale) overheid dan toch steun wil verlenen, moet zij zich houden aan de Europese staatssteunregels.
De EU kan deze regels aanpassen om haar beleidsdoelstellingen, die niet direct door de markt gerealiseerd worden, te behalen. Zo kan zij het voor overheden makkelijker maken om steun te verlenen en investeringen in belangrijke sectoren te stimuleren, bijvoorbeeld voor de bevordering van schone energie in het kader van de Clean Industrial Deal. In 2022 voerde de EU daarom het tijdelijke crisis- en transitiekader in, bedoeld om de economie te ondersteunen na de Russische invasie in Oekraïne. Inmiddels is dit kader vervangen door het Clean Industrial State Aid Framework (Cisaf).
Clean Industrial Deal State Aid Framework (Cisaf)
Met het nieuwe staatssteunkader ter bevordering van de Clean Industrial Deal (Cisaf) worden staatssteunregels op vijf belangrijke gebieden vereenvoudigt:
1. Het versnellen van de uitrol van schone energie
Met het nieuwe staatssteunkader kunnen overheden bedrijven steunen die werken met hernieuwbare energie, zoals wind- en zonne-energie, en met koolstofarme brandstoffen. Hernieuwbare energie is essentieel om de doelen van de Clean Industrial Deal te behalen. Koolstofarme brandstoffen, zoals blauwe en groene waterstof, dragen ook bij aan het terugdringen van de uitstoot. Vooral in sectoren waar het moeilijk is om helemaal over te stappen op schone energie, zijn deze brandstoffen een goede tussenoplossing.
Met het nieuwe staatssteunkader kunnen overheden bedrijven steunen die werken met hernieuwbare energie, zoals wind- en zonne-energie, en met koolstofarme brandstoffen.
Daarnaast zijn er nieuwe flexibiliteitsmaatregelen en capaciteitsmechanismen om hernieuwbare energiebronnen in het elektriciteitsnet te passen. Zo blijft ook de elektriciteitsvoorziening voor de consument betrouwbaar.
2. Een tijdelijke verlaging van elektriciteitsprijzen voor energie-intensieve gebruikers
Sommige ondernemingen zijn erg afhankelijk van de internationale handel en zijn sterk aangewezen op elektriciteit voor hun productie. Deze energie-intensieve gebruikers moeten hogere kosten dragen dan hun concurrenten die een minder ambitieus klimaatbeleid voeren. Zij kunnen steun ontvangen van de overheid door middel van verlaagde elektriciteitskosten mits zij blijven investeren in schone energie.
3. Het koolstofvrij maken van de industrie
Het staatssteunkader verleent steun aan investeringen in alle technologieën die leiden tot decarbonisatie of meer energie-efficiëntie. Voorbeelden van decarbonisatietechnologieën zijn elektrificatie, waterstof, biomassa en koolstofopvang, -gebruik en -opslag. De steun wordt verleend op basis van vooraf vastgestelde steunbedragen, het verschil tussen de kosten van het project en de inkomsten die het project zelf kan opleveren en een concurrerende biedprocedure tussen bedrijven of projecten.
4. Het ontwikkelen van voldoende productiecapaciteit voor schone technologie
Lidstaten kunnen steun verlenen voor investeringen in nieuwe productiecapaciteit, mits de technologie valt onder de netto-nul industrie verordening. Daarnaast kan steun worden gegeven om te voorkomen dat investeringen in productieprojecten voor netto-nul technologieën naar buiten Europa worden verplaatst.
Binnen het kader is het ook mogelijk steun te verlenen voor de productie en verwerking van kritieke grondstoffen die nodig zijn voor schone technologieën. Daarnaast kunnen projecten in minder begunstigde regio’s meer steun ontvangen in het belang van cohesie binnen Europa. Ook kunnen lidstaten fiscale stimulansen beschikbaar stellen, zoals de kosten van investeringen in schone technologie aftrekken van het belastbaar inkomen. Deze maatregelen stimuleren de vraag naar en oppak van schone technologieproducten.
Daarnaast kunnen projecten in minder begunstigde regio’s meer steun ontvangen in het belang van cohesie binnen Europa.
5. Het verminderen van risico’s bij particuliere investeringen
Tenslotte kunnen lidstaten maatregelen nemen om particuliere investeringen op het gebied van energie-infrastructuur en circulaire economie minder risicovol te maken, zoals garanties, leningen of eigen vermogen via speciale fondsen.
Wat houdt dit in voor decentrale overheden?
Cisaf stelt lidstaten, dus zowel nationale overheden als decentrale overheden, in staat om steun te verlenen aan projecten die bijdragen aan een schone industrie. Er mag steun worden verleend zolang er wordt voldaan aan de voorwaarden van het nieuwe staatssteunkader en de Europese staatssteunregels. Decentrale overheden moeten dus goed op de hoogte zijn van de nieuwe regels om volgens de juiste procedure lokale schone energieprojecten te stimuleren. Hiermee kunnen decentrale overheden via het nieuwe staatssteunkader bijdragen aan de EU-beleidsdoelen om klimaatneutraliteit te bereiken en het concurrentievermogen te versterken door de overgang naar een koolstofarme economie te bevorderen.
Bronnen
New state aid framework enables support for clean industry, Europese Commissie
Clean Industrial Deal State Aid Framework, Europese Commissie