Elke twee jaar moet Nederland aan de World Trade Organisation (WTO) rapporteren over alle subsidies die onder het WTO Agreement on Subsidies and Countervailing Measures (ASCM) vallen. Decentrale overheden worden verzocht het Coördinatiepunt Staatssteun Decentrale Overheden van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te informeren over subsidies die onder de reikwijdte van de ASCM vallen.
Zowel de lidstaten als de Europese Unie zelf zijn lid van de WTO. Zij treden hierin gezamenlijk op, onder leiding van de Europese Commissie. Ten behoeve van deze rapportage moet Nederland een overzicht van nationale subsidies aan de Europese Commissie verstrekken, die de subsidies namens de Europese Unie en haar lidstaten bij de WTO notificeert.
Reikwijdte ASCM
De subsidies die in aanmerking komen voor notificatie onder de ASCM, worden in de praktijk in Europa gezien als staatssteun. Echter, niet alle staatssteun is ook een subsidie die bij de WTO moet worden genotificeerd. De volgende praktische richtsnoeren moeten worden gehanteerd bij de beoordeling om een subsidie te notificeren:
- In beginsel moeten alle specifieke subsidies(zowel programma’s als incidentele of ad hoc subsidies) zoals gedefinieerd in art. 1 en 2 ASCM worden genotificeerd (incl. co-financiering, staatssteun incl. onder block exemptions, en de minimis steunmaatregelen).
- Alleen subsidies die zijn gestart, beëindigd of doorliepen in kalenderjaren 2023 of 2024 moeten worden genotificeerd.
- Alleen subsidies aan bedrijven (dus niet non-profitinstellingen) moeten worden genotificeerd.
- Alleen subsidies die in relatie staan tot het ontwikkelen van een product of de productie van goederen, inclusief in de landbouw- en visserijsectoren (maar dus niet diensten, financiële dienstverlening, financieringsbevordering) moeten worden genotificeerd.
- Bij eerdere iteraties van deze subsidienotificatie werd een drempelwaarde van EUR 10 mln. gehanteerd, waaronder subsidies niet werden opgenomen in de notificatie. Aangezien deze drempelwaarde geen rechtsbasis heeft in het ASCM, is besloten om deze uit te faseren. Dit betekent dat op de notificatie van nieuwe subsidies geen drempelwaarde wordt toegepast. Bij voortgezette (eerder genotificeerde) subsidies wordt de drempelwaarde nog wel gehanteerd, om consistent te blijven met eerdere notificaties.
- In geval van cofinanciering van Europese programma’s (bijv. visserijschema’s) moet de notificatie alleen het bedrag bevatten dat uit de nationale begroting komt.
- Speciale aandacht wordt gevraagd voor visserijsubsidies vanwege de naderende inwerkingtreding van de WTO Agreement on Fisheries Subsidies. Ook hier zijn de bovenstaande richtlijnen van toepassing. Daarnaast wordt gevraagd (1) dat wordt aangegeven voor welke type visserijactiviteit de subsidie wordt verstrekt en (2) dat het aandeel van de subsidie voor de zeevisserij wordt aangegeven, mocht de subsidie deel uitmaken van een groter sectoraal programma.
De volgende subsidies zullen in ieder geval niet worden genotificeerd:
- Subsidies die algemeen van aard zijn in de zin dat deze niet bepaalde bedrijven of sectoren bevoordelen en ook volgtijdelijk zijn (‘wie het eerst komt, wie het eerst maalt’).
Aanleveren gegevens
Decentrale overheden wordt verzocht uiterlijk dinsdag 15 april 2024 het Coördinatiepunt Staatssteun Decentrale Overheden via coordinatiepuntstaatssteun@minbzk.nl te informeren over subsidies die onder de reikwijdte van de ASCM vallen. Hiertoe dient het volgende format te worden gebruikt: “Template WTO-notificatie subsidies”.
Vragen
Voor vragen: Niels Renssen (06 4643 8732, niels.renssen@minbuza.nl) en Heine Lageveen (06 1159 5631, heine.lageveen@minbuza.nl), beide werkzaam bij de Directie Internationale Marktordening en Handelspolitiek van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Gelieve DJZ-STAATSSTEUN@mibuza.nl mee te nemen in cc bij correspondentie via mail.
Bron
Agreement on Subsidies and Countervailing Measures, World Trade Organisation
Meer informatie
Staatssteun, Kenniscentrum Europa Decentraal
