De langverwachte nieuwe TEN-T Verordening is eindelijk aangenomen. Deze opvolger van Verordening 1315/2013 bevat de toekomstige vereisten die worden gesteld aan de belangrijkste transportverbindingen in de Europese Unie, en vormt tevens de basis voor subsidiemogelijkheden ten behoeve van dit netwerk. De nadruk van de nieuwe wetgeving ligt op de versnelde verduurzaming van het EU-brede transportnetwerk.
TEN-T
Het Trans-Europese Transportnetwerk, oftewel TEN-T, is een in 2013 ingevoerd kader ter verbetering van de transportnetwerken in Europa. De bijbehorende Verordening (Verordening 1315/2013) wijst een groot aantal verbindingspunten verspreid over de EU aan, die deel uitmaken van dit netwerk. Het kan hier bijvoorbeeld gaan om zee- of binnenhavens, vliegvelden of spoorstations. De transportlijnen hiertussen worden ingedeeld in zogenaamde corridors, waarlangs transportbewegingen vanuit en naar bepaalde delen van Europa zich verplaatsen. Voor Nederland zijn de Rijn-Alpencorridor, de Noordzee-Baltische zee corridor en de Noordzee-Middellandse zee corridor relevant. Hiernaast worden de verbindingspunten ook ingedeeld in ofwel het uitgebreide netwerk of het kernnetwerk. Het verschil tussen deze twee categorieën zit in de vereisten die gesteld worden aan de verbindingen en verbindingspunten; die zijn verstrekkender voor het kernnetwerk dan voor het uitgebreide netwerk. Ook verschilt de bijbehorende deadline: het kernnetwerk moet in 2030 aan alle vereisten voldoen en het uitgebreide netwerk in 2050.
Naast de aanwijzing van verbindingspunten, zoals havens en stations, in het TEN-T-netwerk bestaan er ook zogenaamde stedelijke knooppunten. Dit zijn steden of stedelijke gebieden die op zichzelf al voor zo veel transportbewegingen verantwoordelijk zijn, dat zij als stad een verbindingspunt vormen. Onder de oude verordening golden in Nederland alleen Rotterdam en Amsterdam als stedelijke knooppunten. Stedelijke knooppunten kennen extra vereisten om aan te voldoen, zoals eisen op het gebied van infrastructuur voor duurzame brandstoffen (op grond van de Verordening betreffende infrastructuur voor alternatieve brandstoffen). Maar zij kunnen als gevolg daarvan ook op meer subsidie aanspraak maken dan andere steden.
Wijzigingen
De nieuwe Verordening heeft grote gevolgen voor de samenstelling van het netwerk. Een belangrijke toevoeging is een tussencategorie naast het kern- en uitgebreide netwerk: sommige verbindingen worden aangewezen als onderdeel van dit ‘uitgebreide kernnetwerk’ en moeten in 2040 aan de daarvoor gestelde vereisten voldoen. Verbindingen met Oekraïne en Moldavië krijgen daarnaast meer belang, wat juist niet geldt voor verbindingen met Rusland en Belarus. De ontwikkelingen wat betreft de oorlog in Oekraïne waren ook een reden voor de vertraging van deze langverwachte opvolger. Concreet voor Nederland is relevant dat de veelbesproken Lelylijn onderdeel wordt van het uitgebreide kernnetwerk.
Ook de definitie van stedelijke knooppunten is aangepast. Deze punten werden in het verleden ‘handmatig’ aangewezen, maar in de nieuwe Verordening gaat het in de hoofdregel om alle steden met een inwonertal boven de 200.000 inwoners. Hierdoor neemt het aantal stedelijke knooppunten in heel Europa sterk toe. Deze stedelijke knooppunten zullen ook een duurzaam stedelijk mobiliteitsplan (SUMP) moeten opstellen om te laten zien hoe zij hun mobiliteitsbeleid duurzaam vormgeven.
In Nederland betekent dit voor een aantal steden dat zij nu ook als stedelijk knooppunt worden aangewezen, terwijl ze dat voorheen niet waren. Een stad als Breda is bijvoorbeeld onder de nieuwe Verordening ook een stedelijk knooppunt en heeft dus de verplichting een duurzaam stedelijk mobiliteitsplan op te stellen. Daarnaast moet het, als stedelijk knooppunt, vóór 2026 openbare laadpunten voor zware voertuigen beschikbaar stellen op grond van de Verordening betreffende infrastructuur voor alternatieve brandstoffen.
Bron
Trans-Europees vervoersnetwerk (TEN-T): Raad definitief akkoord met nieuwe verordening – Europese Raad
Meer informatie
Netwerken voor vervoer en transport (TEN-T) – Kenniscentrum Europa Decentraal.