Nieuws

Publicatie: 28 februari 2025

Door:


Nederland loopt achter op zijn circulaire economie-ambities, terwijl de klok doortikt richting 2030 en 2050. De Integrale Circulaire Economie Rapportage 2025 (ICER) van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) laat zien dat de transitie naar een circulaire economie stagneert. Dit is deels te wijten aan tekortkomingen in nationaal beleid, maar ook decentrale overheden kunnen hun invloed nog beter benutten. Lokale initiatieven laten tegelijkertijd wel zien dat versnelling mogelijk is als beleid en praktijk samenkomen. KED vertaalde de aanbevelingen van het PBL naar 3 acties voor decentrale overheden die circulaire economie willen prioriteren.

Europese regelgeving en Nederlandse ambities

Op EU-niveau wordt er stevig ingezet op wetgeving die de circulaire economie stimuleert. Het EU Circular Economy Action Plan (CEAP) uit 2020 heeft bijvoorbeeld geleid tot de Ecodesign-verordening, die producenten verplicht producten te ontwerpen met een langere levensduur en betere recyclebaarheid. De Right to Repair-wetgeving, die ervoor zorgt dat fabrikanten reserveonderdelen en reparatiehandleidingen beschikbaar moeten stellen, sluit hierop aan. De Critical Raw Materials Act richt zich daarnaast op het efficiënter inzetten van kritieke grondstoffen.

Helaas moet het PBL constateren dat de circulaire economie te laag op het prioriteitenlijstje van de overheid staat (Marko Hekkert, directeur van het PBL)

Al deze regelgeving vermindert de afhankelijkheid van import en promoot een duurzamer gebruik van materialen binnen de EU. Het CEAP is dan ook een belangrijk onderdeel van de Green Deal en ondersteunt het doel om Europa klimaatneutraal te maken tegen 2050. Op nationaal niveau is het streven om in 2030 de helft minder fossiele, minerale en metalen grondstoffen te gebruiken en in 2050 zou de economie van Nederland helemaal circulair moeten zijn. Deze doelstellingen, en bijbehorende strategieën, zijn vastgelegd in het Nationaal Programma Circulaire Economie (NPCE).

Decentrale overheden als aanjagers van verandering

Hoewel landelijke en Europese regelgeving de kaders scheppen, moeten gemeenten, provincies en waterschappen de transitie lokaal concreet maken. Verschillende overheden laten zien hoe dit in te vullen is. Zo werkt de gemeente Altena bijvoorbeeld aan een circulair voedselsysteem met inwoners en ondernemers, ondersteunen diverse gemeenten circulaire innovatie via een Cirkelstadnetwerk en lanceerde de gemeente Utrecht in 2023 de ‘Circulaire Grondstoffencorridor’ voor hergebruik van bouwmaterialen. Dit zijn slechts een aantal casussen die een brede lokale inzet illustreren.

Ook bij waterschappen en provincies zijn er een hoop inspirerende voorbeelden te vinden van circulair beleid. De provincie Friesland wil in 2025 zelfs de meest circulaire regio van Europa zijn en timmert met de ‘Vereniging Circulair Friesland’ hard aan de weg. Waterschappen werken op hun beurt aan circulaire oeverbescherming, energieproductie uit hernieuwbare bronnen en hergebruik van grondstoffen uit rioolwater. ‘De ultieme waterfabriek’ in Emmen, waar ervaring wordt opgedaan met de inzet van rioolwater, is een mooi innovatievoorbeeld waar meerdere waterschappen bij betrokken zijn.  

Wat is er nodig voor een circulaire toekomst?

Ondanks lokale initiatieven op het gebied van circulaire economie, laat het grote plaatje zien dat de trends helaas niet de goede kant opgaan. In 2022 was het grondstoffengebruik van Nederland zelfs hoger dan in 2020. Ten opzichte van 2016 is wel een daling zichtbaar, maar de daling gaat te traag om de 2030-doelen te realiseren. Bovendien spelen externe factoren, zoals de Covidpandemie en de oorlog in Oekraïne, een grote rol in deze ontwikkeling. De komende vijf jaar zijn doorslaggevend in het behalen van beleidsdoelen en het normaliseren van de circulaire economie. Het PBL doet daarom een aantal aanbevelingen in de ICER-rapportage om de transitie naar een circulaire economie te versnellen. KED haalde hier 3 actiepunten uit voor decentrale overheden die deze ambitie willen ondersteunen:

1. Zet als gemeente, provincie of waterschap in op ambitieus Europees en nationaal circulair economiebeleid via diverse lobbykanalen (zoals VNG, IPO en UVW).

Op EU-niveau gaat dit vooral over de uitwerking van het eerder genoemde EU Circular Economy Action Plan en de verordeningen die daaruit volgen. Europese afspraken helpen lokale circulaire ondernemingen op een indirecte manier door een gelijk speelveld te creëren in Europa. De input van lokale overheden is essentieel om te zorgen dat de uitwerking van regelgeving en de beschikbare fondsen aansluiten op de Nederlandse praktijk. Daarnaast is het op nationaal niveau van belang om aan te dringen op de uitwerking van het NPCE.

2. Vergroot, waar mogelijk, de financiële stimulans voor de circulaire economie.

Zet subsidies in om circulaire innovatie binnen productieprocessen of initiatieven uit de samenleving te ondersteunen en verminder op deze manier het gebruik van grondstoffen. Let hierbij op staatssteunregels en benut de bestaande vrijstellingsmogelijkheden (bijvoorbeeld de AGVV en de-minimissteun). Ook heffingen (bijvoorbeeld op afval) kunnen worden ingezet als beleidsinstrument voor het stimuleren van circulaire economie.

Houdt daarnaast rekening met circulaire criteria bij aanbesteding en inkoop en kies zoveel mogelijk voor hergebruik. Decentrale overheden kunnen alleen of gezamenlijk via ‘buyer groups’ circulaire producten inkopen, waardoor de vraag naar duurzame alternatieven groeit en producenten gestimuleerd worden om circulair te produceren. Stel bijvoorbeeld dynamische (geschiktheids)eisen in aanbestedingsprocedures die verder gaan dan inzameling en recycling. Een praktijkvoorbeeld hiervan is te vinden in ‘de Leidse Ladder Circulaire Bouw’ voor gemeentelijke bouwprojecten.

3. Zoek elkaar op en versterk de samenwerking tussen overheidslagen.

Benader andere decentrale overheden en het Rijk om de wisselwerking tussen overheidslagen te versterken en kijk waar samenwerking mogelijk is. De circulaire transitie vraagt om duidelijke en bindende afspraken tussen ministeries, decentrale overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties over rollen, verantwoordelijkheden en het behalen van doelen.

Meer informatie?

Meer beleid en regelgeving over circulaire economie vindt u op onze onderwerppagina. Kijk voor extra mogelijkheden en circulaire beleidsinstrumenten ook op de website van onze kennispartner CircuLaw.

Bronnen

Nieuwsbericht van Planbureau voor de Leefomgeving
ICER rapportage
Samenvatting van de ICER rapportage
Website over ICER

Relevante artikelen en diensten van KED