Het bevorderen van een duurzame, veilige en concurrerende energievoorziening zijn speerpunten van het energiebeleid van de EU. Door het gebruik van energie uit hernieuwbare energiebronnen en een efficiënt energiegebruik kan de uitstoot van broeikasgassen worden beperkt. Het Europees energiebeleid raakt aan vele sectoren die relevant zijn voor decentrale overheden, zoals ruimtelijke ordening en de gebouwde omgeving, vergunningsverlening en infrastructuur.
Europees beleid
Energie heeft een belangrijke plaats in de Green Deal, die de Europese Commissie in 2019 presenteerde en die als doel heeft dat de EU in 2050 klimaatneutraal is.
In het ‘fit for 55’-pakket uit 2021 kwam de Commissie met voorstellen om de ambities van de Green Deal tot uitvoering te brengen en verder te verhogen en te komen tot 55% reductie van de uitstoot van broeikasgassen in 2030.
Hernieuwbare energie
In 2030 moet 42,5% van het energieverbruik in de EU uit hernieuwbare energiebronnen komen, waarbij het streven is om 45% te bereiken. Lees meer over dit onderwerp op de pagina hernieuwbare energie.
Energie-efficiëntie
Europese regelgeving is er ook op het vlak van het besparen van energie: de energie-efficiëntie moet in 2030 met 32% worden verbeterd. Meer informatie over de doelstellingen en gevolgen voor decentrale overheden vindt u op deze pagina.
Energiegemeenschappen
Om participatie van burgers in (hernieuwbare) energie te stimuleren heeft de EU wet-en regelgeving opgesteld voor energiegemeenschappen. Via (hernieuwbare) energiegemeenschappen kunnen burgers, lokale overheden en ondernemingen samen energie opwekken, delen en verkopen. Lees meer op de pagina energiegemeenschappen.
Energiemarkt en infrastructuur
De EU streeft naar een goed functionerende interne energiemarkt, waarin energie op efficiënte wijze wordt verhandeld en waar concurrentie wordt bevorderd. Daarom is het nodig om energienetwerken tussen lidstaten aan elkaar te verbinden. Hiervoor heeft de EU Trans-Europese Energienetwerken (TEN-E) in het leven geroepen. Verdere informatie is te vinden op de pagina energiemarkt en infrastructuur.
Burgemeestersconvenant klimaat & energie
In het Burgemeestersconvenant voor klimaat en energie verbinden lokale en regionale autoriteiten zich er vrijwillig toe om de klimaat- en energiedoelstellingen van de EU op hun grondgebied te implementeren, te behalen of zelfs te overtreffen. Het burgemeestersconvenant telt wereldwijd duizenden lokale en regionale overheden. Meer informatie over het Convenant, bijbehorende documenten en ondersteuning vindt u op de website burgemeestersconvenant.eu.
Nationale implementatie
In Nederland zijn de afspraken op het gebied van energie hoofzakelijk vastgelegd in het Klimaatakkoord (2019). Het Klimaatakkoord legt 600 afspraken vast over het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. In 2030 moet de uitstoot met 49% gereduceerd zijn ten opzichte van 1990. In het coalitieakkoord van 2021 is de doelstelling daarna opgeschroefd naar 55%, met als streefcijfer 60%.
Regionale energiestrategieën (RES)
In een regionale energiestrategie (RES) vertaalt een energieregio de nationale en sectorafspraken op het gebied van energie naar regionale afspraken over elektriciteit, (groen) gas en warmte. Bij de totstandkoming van de RES zijn verschillende partijen betrokken waaronder overheden, energiecoöperaties, netwerkbeheerders, natuurorganisatie en woningbouwcorporaties. In een RES kan elke energieregio zijn eigen keuzes uitwerken bijvoorbeeld ten opzichte van locatie van duurzame elektriciteit op land (wind en zon), randvoorwaarden en kosten. Nederland telt 30 energieregio’s met hun eigen RES.
Decentrale relevantie
Decentrale overheden spelen een belangrijke rol bij de uitvoering van het Europese energiebeleid en hebben dus een belangrijke positie in de energietransitie. Overheden zijn verantwoordelijk voor de ruimtelijke ordening. Ook kunnen ze zelf (hernieuwbare) energie produceren.
Provincies zijn verantwoordelijk voor de ruimtelijke inpassing van hernieuwbare energieopwekking zoals de plaatsing van windturbines, biocentrales en zonnepanelen. Maar ook voor het integreren van warmte(rest)bronnen en de aanleg en het beheer van energie-infrastructuur. Daarnaast zijn provincies betrokken bij het verstrekken van milieuvergunningen en het verlenen van subsidies.
Gemeenten geven ook omgevingsvergunningen voor het milieu af en spelen een grote rol bij het verduurzamen van de gebouwde omgeving, bijvoorbeeld het stimuleren van de transitie naar aardgasvrije wijken of faciliteren van de aanleg van infrastructuur ter uitbreiding van het stroomnet.
Overheidssteun bij investeringen in energietransitie
Onder bepaalde voorwaarden zijn er mogelijkheden voor overheden om steun te verlenen bij de omschakeling naar alternatieve energievoorzieningen van gebouwen. Dan kan het gaan om investeringen in warmtenetwerken voor wijken of in warmtepompen voor bedrijven of particulieren, maar ook om overheidsbijdragen aan de exploitatie van distributienetwerken of opwekkingscapaciteit. Voor meer informatie over de juridische mogelijkheden voor het rechtmatig te kunnen toekennen van staatssteun voor de energietransitie, zie de pagina staatssteun en lokale initiatieven voor energietransitie.
Duurzaam aanbesteden
Decentrale overheden kunnen bijdragen aan het realiseren van de energiedoelstellingen door duurzaam aan te besteden, bijvoorbeeld bij de bouw van gebouwen of in de vervoerssector. Meer informatie hierover kunt u vinden op onze pagina duurzaam aanbesteden.